Afdrukken met EPSON PhotoQuicker / Lay-outopties selecteren
Boven- & ondermarges
Snijlijnen papier
U kunt nog meer instellingen wijzigen waarin u aangeeft hoe foto's moeten worden afgedrukt. Met Rolpapier kunt u instellingen met betrekking tot papier van een rol opgeven.
U wijzigt de instellingen voor het rolpapier door te klikken op Lay-outopties in het venster Stap 3: Papierformaat en lay-out selecteren, gevolgd door het tabblad Pagina en vervolgens het tabblad Rolpapier.
U kunt de breedte van de marge voor en achter elke foto op de papierrol opgeven en selecteren of de snijlijnen moeten worden afgedrukt en op welke manier.
![]() | Opmerking: |
![]() |
|
![]() |
|
U kunt de marges aangeven die tussen de foto's op een papierrol leeg moeten worden gelaten. Met de instellingen voor de boven- en ondermarge kan de breedte van de marge (in millimeters) voor en achter de foto worden ingesteld. De maximale marge is 100 mm.
U kunt snijlijnen laten afdrukken die de grenslijnen van de pagina aangeven. U hebt de keuze uit de volgende instellingen:
Geen |
Er worden geen snijlijnen afgedrukt. |
Bijsnijdmarkeringen |
Aan de randen van alle foto's worden kleine snijmarkeringen afgedrukt. |
Ononderbroken lijnen |
Er worden ononderbroken snijlijnen afgedrukt. |
Stippellijnen |
Snijlijnen worden als stippellijn afgedrukt. |
Klik na het opgeven van de instellingen op Toepassen om de instellingen door te voeren. Klik op Op alle toepassen om de instellingen toe te passen op alle geïmporteerde foto's.
Wanneer u tevreden bent over de ingestelde lay-outopties, klikt u op Sluiten.
Klik op Volgende om door te gaan naar Een papiertype selecteren (Stap 4).