De papierdiktehendel afstellen
Het beste afdrukresultaat krijgt u wanneer u de hendel voor de papierdikte in de juiste stand zet voor de dikte van het papier dat u gebruikt.
Hoe hoger het nummer van de papierdiktehendel, hoe groter de afstand tussen de plaat en de printkop. Als u een vage afdruk krijgt of als er lijken tekens te ontbreken, dan hebt u de hendel misschien verkeerd gezet (te hoog). Kiest u daarentegen een te lage waarde, dan kan de afdruk vegen vertonen, wordt het papier misschien niet goed ingevoerd of kan het lint beschadigd raken.
De volgende tabel bevat aanwijzingen voor het kiezen van de juiste stand voor de gebruikte papiersoort.
Papiersoort
|
Stand van hendel voor papierdikte
|
Normaal papier
|
Losse vellen
|
0
|
Kettingpapier
|
Doorslagpapier (zonder carbon)
|
2 delen (origineel + 1 kopie)
|
1
|
3 delen (origineel + 2 kopieën)
|
2
|
4 delen (origineel + 3 kopieën)
|
3
|
5 delen (origineel + 4 kopieën)
|
5
|
Etiketten
|
2
|
|