Kettingpapier laden
Uw printer kan afdrukken op kettingpapier met een breedte van 101,6 tot 254 mm (4,0 tot 10,0 inch). Zie Papier voor de gedetailleerde specificaties voor kettingpapier. U kunt kettingpapier laden via het speciale invoermechanisme.
Kettingpapier plaatsen
Als u kettingpapier in de printer plaatst, zorg er dan voor dat u de papiertoevoer uitlijnt met het invoermechanisme, zodat het papier gelijkmatig in de printer wordt geladen. Zie onderstaande afbeelding.
Kettingpapier laden met het invoermechanisme
Wanneer u kettingpapier gebruikt, is het aan te bevelen om de functie Automatisch afscheuren in te schakelen in de standaardinstellingen van de printer. Zie Standaardinstellingen van de printer voor meer informatie.
 |
Zet de ontgrendelhendel voor het papier in de stand voor invoer via het invoermechanisme.
|
 |
Schuif de randgeleider helemaal naar links.
|
 |
Druk aan de achterzijde van de printer de hendels omhoog die de geleiders van het kettingpapier vasthouden, zodat ze vrijkomen.
|
* vergrendelingshendel van de geleider
 |
Plaats de linkergeleider voor kettingpapier zodanig dat de pennen op de geleider zich links van de pijl (nulpositie) bevinden op de achterzijde van de printer. Duw de vergrendelingshendel vervolgens omlaag om de geleider te vergrendelen.
|
 Opmerking:
Het afdrukken begint bij het pijltje (de positie 0) aan de achterzijde van de printer. Het niet-afdrukbare gebied ligt links van het pijltje.
|
 |
Verschuif de rechter geleider zodanig dat deze ongeveer overeenkomt met de breedte van het papier, maar vergrendel deze geleider niet.
|
 |
Schuif de middelste papiersteun naar het midden tussen de twee geleiders.
|
 |
Open het klepje boven op beide geleiders.
|
* afdekking van de geleider
 |
Plaats de eerste twee gaten van het kettingpapier over de geleidepennen aan beide zijden. Zorg ervoor dat u het papier met de afdrukzijde naar boven plaatst.
|
 Let op:
Controleer of de randen van het eerste vel van het kettingpapier schoon en recht zijn zodat het papier gelijkmatig in de printer kan worden geladen.
|
 |
Sluit de klepjes van de geleiders.
|
 |
Verschuif de rechter geleider om het papier strak te trekken. Duw vervolgens de vergrendelingshendel van de geleider omlaag om de geleider te vergrendelen.
|
 Opmerking:
Installeer de lintcassette voordat u de printer aanzet. Anders kan het papier vastlopen.
|
 |
Zet de printer aan. De printer is nu klaar om af te drukken.
|
 Opmerking:
Zorg er altijd voor dat u ten minste één vel meer klaarlegt dan nodig is, omdat kettingpapier soms niet goed wordt geladen als het papier niet via de geleider wordt geladen.
Trek het papier niet uit het invoermechanisme wanneer de printer aanstaat. Dit kan papier- of printerstoringen veroorzaken. Ook kan daardoor de instelling voor de beginpositie van het papier ontregeld raken.
Trek papier dat na een druk op de knop Load/Eject niet volledig is uitgevoerd, niet zomaar uit de printer. Dit kan papier- of printerstoringen veroorzaken. Ook kan daardoor de instelling voor de beginpositie van het papier ontregeld raken.
Als de eerste regel op de pagina te hoog of te laag wordt afgedrukt, kunt u deze positie wijzigen met de functie Micro Adjust (Nauwkeurig aanpassen), aan de hand van de instructies in De beginpositie instellen.
|
De afscheurfunctie gebruiken
Met de afscheurfunctie kunt u het kettingpapier automatisch doorvoeren naar de afscheurrand van de printer wanneer u klaar bent met afdrukken. Vervolgens kunt u de bedrukte vellen gemakkelijk afscheuren. Wanneer u verdergaat met afdrukken, keert het papier automatisch terug naar de beginpositie van het vel, zodat er tussen de verschillende afdruktaken geen papier verloren gaat.
Wanneer u de afscheurfunctie wilt gebruiken, schakelt u deze functie in en selecteert u de juiste papierlengte voor kettingpapier in de standaardinstellingen van de printer. Zie Standaardinstellingen wijzigen voor informatie over het wijzigen van de standaardinstellingen.
Als de perforatie tussen de pagina's niet precies samenvalt met de afscheurrand van de printer, kunt u dit bijstellen met de functie Micro Adjust. Zie De afscheurpositie instellen voor meer informatie.
Als de functie Automatisch afscheuren is ingeschakeld, wordt het papier automatisch doorgevoerd naar de afscheurpositie wanneer een volle pagina met gegevens of een opdracht voor formulierinvoer wordt ontvangen die niet wordt gevolgd door meer gegevens.
In onderstaande stappen wordt uitgelegd hoe u de functie Automatisch afscheuren gebruikt.
 |
Wanneer de printer klaar is met afdrukken, wordt de perforatie van de laatste afgedrukte pagina naar de afscheurpositie gebracht.
|
Scheur alle afgedrukte pagina's af aan de rand van de printerkap.
 Opmerking:
Als de perforatie van het papier niet goed is uitgelijnd met de afscheurrand, kunt u de afscheurpositie aanpassen met de functie Micro Adjust, zoals is beschreven in De afscheurpositie instellen.
|
 |
Wanneer u verdergaat met afdrukken, keert het papier automatisch terug naar de beginpositie en wordt verder afgedrukt.
|
Voer de onderstaande stappen uit als u de handmatige afscheurfunctie wilt gebruiken.
 |
Druk na het afdrukken tegelijk op de knop Load/Eject en Pause.
|
 |
De perforatie van de laatste afgedrukte pagina wordt naar de afscheurpositie gebracht.
|
Scheur alle afgedrukte pagina's af aan de rand van de printerkap.
Kettingpapier verwijderen
Voer de onderstaande stappen uit om kettingpapier uit de printer te verwijderen.
 |
Wanneer de automatische afscheurfunctie is ingeschakeld, gaat het papier automatisch naar de afscheurpositie.
|
 |
Scheur de afgedrukte pagina's af.
|
 |
Druk op de knop Load/Eject om het papier achterwaarts uit de printer te verwijderen en in de stand-bypositie te plaatsen.
|
 |
Als u het kettingpapier volledig uit de printer wilt verwijderen, moet u de klepjes boven op beide geleiders van het kettingpapier openen. Haal het papier uit het invoermechanisme en sluit de klepjes.
|
|